BEPROEF EEN PROFEET

Door: Samuel Green

We moeten God niet willen te beproeven. God beproeven is een grote zonde en er is een verbod in de bijbel: U zult de HERE, uw God, niet verzoeken (Deuteronomium 6:16). Echter, hoewel we God niet moeten beproeven, gebiedt God ons om profeten te beproeven:

Want er zullen valse Christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen doen, zodat zij, ware het mogelijk, ook de uitverkorenen zouden verleiden. Zie, Ik heb het u voorzegd. (Matteüs 24:24-25)

Doof de Geest niet uit en veracht de profetieën niet die hij u ingeeft. Onderzoek alles, behoud het goede en vermijd elk kwaad, in welke vorm het zich ook voordoet. (1 Tessalonicenzen 5: 19-22)

Vertrouwt niet iedere geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zij; want vel valse profeten zijn in de wereld uitgegaan. (1 Johannes 4:1)

Want niemand minder dan Satan vermomt zich als een engel van het licht. (2 Korintiers 11: 14)

Mohammed beweert een profeet van God te zijn. Christenen kunnen zijn bewering niet als onmogelijk verwerpen omdat christenen geloven dat God profeten zond. Maar dit betekent niet dat christenen blind moeten aanvaarden dat Mohammed een profeet is, dat zou dwaas en ongehoorzaam zijn. In plaats daarvan worden christenen geboden om profeten te beproeven om te bepalen of zij van God zijn of niet. Mohammed is ofwel een ware profeet of hij is een valse profeet. We moeten hem beproeven om te zien wat hij is. Ben jij gereed om Mohammed te beproeven zoals God geboden heeft?

Hoe moeten we een profeet beproeven? We beproeven een profeet door te onderzoeken of zijn profetie waar is. De profetie van Mohammed is in de koran opgeschreven dus moeten we beproeven wat de koran zegt om te zien of Mohammed een ware profeet is.

De koran doet drie beweringen waarom Mohammed een ware profeet is. Deze beweringen zijn “te beproeven”. Deze zijn:

  1. De koran bevestigt de leringen van de joodse en christelijke geschriften.
  2. De koran verduidelijkt de leringen van de joodse en christelijke geschriften.
  3. Mohammed wordt voorspeld in de joodse en christelijke geschriften.

De joodse en christelijke geschriften zijn de geschriften van de profeten en zijn in de bijbel opgenomen. Deze bevatten de Thora, de Psalmen en het Evangelie. Voor een uitgebreide analyse van wat de koran over de bijbel zegt zie mijn artikel “Wat zegt de koran over de joodse en christelijke Geschriften?

Voor de rest van dit artikel wens ik deze beweringen serieus te nemen en ze te beproeven. Ik bid dat de lezer geen excuses zoekt om deze beproeving te vermijden maar eerder God zal gehoorzamen en de waarheid te zoeken.

Bevestigt de koran de bijbel?

O, mensen van het Boek, gelooft in hetgeen Wij hebben nedergezonden, vervullende hetgeen bij u is… (Soera 4:47)

In bepaalde opzichten bevestigt de koran de bijbel. Bijvoorbeeld de bijbel leert dat er alleen één God is en dat hij de schepper van alle dingen is en dat er een dag is waarop God de mensen zal oordelen. De koran leert ook deze ideeën en bevestigt dus de bijbel. Echter bij veel andere belangrijke punten weerspreekt de koran de leringen van de bijbel en dus bevestigt hij de bijbel niet helemaal. Hier zijn enkele korte voorbeelden:

Vechten voor God

In het Evangelie leerde Jezus erg duidelijk dat christenen niet voor hun religie moeten vechten. Zijn apostelen leerden ook hetzelfde:

Keer hem ook de andere wang toe … hebt u vijanden lief en bidt voor wie u vervolgen. (Matteüs 5:39, 44)

Breng uw zwaard weer op zijn plaats, want allen die naar het zwaard grijpen, zullen door het zwaard omkomen. (Matteüs 26:52)

Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen. (Efeziërs 6:12)

Maar in de koran wordt gezegd dat het Evangelie leerde dat vechten voor God (religie) aanvaarbaar is:

Zij vechten voor de zaak van Allah en zij doden en worden gedood - een onfeilbare belofte in de Torah en het Evangelie en de Koran. (Soera 9:111)

Wat de koran leert over het Evangelie is verkeerd. Het Evangelie verbiedt duidelijk vechten voor de religie. De koran bevestigt de bijbel op dit belangrijke punt niet.

De straf voor een dief

In de bijbel is de straf voor stelen dat de dief het gestolen goed moet terugbetalen plus een additioneel bedrag ter compensatie (Leviticus 6:1-5, Exodus 22:3-4). Als de dief niet kan terugbetalen is hij gedwongen te werken om zijn schuld terug te betalen (Exodus 22:1). De maximum lengte die hij moet werken is zes jaar, dan moet hij vrij worden gelaten (Deuteronomium 15:12-14). Dit type van recht is een vermogensstraf voor een vermogensdelict.

In de koran echter moet de hand van een dief afgehouwen worden:

En snijdt de dief en de dievegge de hand af. (Soera 5:38)

Dit soort van straf is een permanente levenslange fysieke bestraffing voor een vermogensdelict. Het koranonderricht bevestigt in geen enkel opzicht het bijbelondericht.

Dezelfde vrouw hertrouwen

In de Thora gebiedt God Mozes dat een man zijn vrouw niet moet hertrouwen als zij na hem te hebben verlaten, een andere man heeft getrouwd. In feite zei God dat het gruwelijk is om zoiets te doen.

Wanneer iemand een vrouw genomen en gehuwd heeft, dan zal, - als hij haar geen genegenheid toedraagt, omdat hij iets onbehoorlijks aan haar gevonden heeft, en hij een scheidbrief geschreven en haar die overhandigd heeft, waarna hij haar uit zijn huis heeft weggezonden; en als zij dan uit zijn huis vertrokken, haars weegs gegaan en de vrouw van een ander geworden is; en als dan de laatste man een afkeer van haar krijgt, een scheidbrief schrijft, haar die overhandigt en haar uit zijn huis wegzendt; of als de laatste man, die haar tot vrouw genomen heeft, gestorven is – dan zal de eerst echtgenoot, die haar weggezonden heeft, haar niet opnieuw tot vrouw mogen nemen, nadat zij verontreinigd is geworden; want dat is een gruwel voor het aangezicht van de HERE. (Deuteronomium 24:1-4)

Echter, de koran staat een man toe om zijn vrouw te hertrouwen als zij na hem te hebben verlaten met een andere man getrouwd is geweest:

Indien hij van haar (ten derden male) scheidt, is zij voor hem niet meer geoorloofd, voordat ze een andere echtgenoot heeft gehuwd en indien deze van haar scheidt, zal het voor hen geen zonde zijn, tot elkander terug te keren… (Soera 2:230)

Wat de koran toestaat daarvan zegt de bijbel dat het gruwelijk is, dus de koran bevestigt de bijbel niet.

De dood van Jezus

In de bijbel leerde Jezus duidelijk dat hij zou sterven en uit de dood opgewekt worden:

Van toen aan begon Jezus Christus zijn discipelen te tonen, dat Hij naar Jeruzalem moest gaan en veel lijden van de zijde van de oudsten en overpiesters en schriftgeleerden en gedood worden en ten derde dage opgewekt worden. (Matteüs 16:21)

Jezus zei ook dat zijn dood en opstanding was wat de profeten voor hem hadden voorspeld:

Hij zei tot hen: Dit zijn mijn woorden, die Ik tot u sprak, toen Ik nog bij u was, dat alles wat over Mij geschreven staat in de wet van Mozes en de profeten en de psalmen moet vervuld worden. Toen opende Hij hun verstand, zodat zij de Schriften begrepen. En Hij zei tot hen: Aldus staat er geschreven, dat de Christus moest lijden en ten derde dage opstaan uit de doden, en dat in zijn naam moest gepredikt worden bekering tot vergeving van de zonden aan alle volken, te beginnen bij Jeruzalem. (Lucas 24:45-47)

Jezus legt ook de betekenis van zijn dood uit:

Wie onder u groot wil worden, zal uw dienaar zijn, en wie onder u de eerste wil zijn, zal uw slaaf zij; gelijk de Zoon van de mensen niet gekomen is om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen. (Matteüs 20:26-28)

Echter, wanneer de koran over de dood van Jezus aan het kruis spreekt, zegt hij dat hij werkelijk nooit stierf!

En om hun [de joden] zeggen: “Wij hebben de Messias, Jezus, zoon van Maria, de boodschapper van Allah gedood”, - maar zij doodden hem niet, noch kruisigden zij hem (ten dode), - doch het werd hun verward, … zij doodden hem gewis niet, Integendeel, Allah verhief hem tot Zich en Allah is Almachtig, Alwijs. (Soera 4:157)

Jezus leerde dat zijn dood aan het kruis diende om voor onze zonde te betalen en dat het deel van Gods werk was dat hij kwam verrichten. Echter in de koran is Jezus’ dood aan het kruis helemaal geen dood. Dus de koran bevestigt de bijbel op dit meest cruciale punt niet.

Het verslag van Noach

De koran hervertelt ook veel van de bijbelse verslagen incorrect. Hier zijn twee korte voorbeelden. De bijbel leert duidelijk dat al Noachs zonen met hem in de ark gingen.

Dit is de geschiedenis van Noach, Noach was onder zijn tijdgenoten een rechtvaardig en onberispelijk man; Noach wandelde met God. En Noach verwekte drie zonen: Sem, Cham en Jafeth. .. En de HERE zei tot Noach: Ga in de ark, u en geheel uw huis, want u heb Ik in dit geslacht voor mijn aangezicht rechtvaardig bevonden. ... En Noach ging met zijn zonen en zijn vrouw en de vrouwen zijner zonen met hem, in de ark vanwege de wateren van de vloed. (Genesis 6:9-10, 7:1, 7:7)

Echter, in de koran ging één van Noachs zonen de ark niet in:

En Noach riep tot zijn zoon, die zich afzijdig hield: “O mijn zoon, scheep u met ons in en wees niet met de ongelovigen.” Hij antwoordde: “Ik zal mijn toevlucht weldra op een berg zoeken, die mij tegen het water zal beschermen.” … En een golf kwam tussen beiden, hij behoorde tot de drenkelingen. (Soera 11:42-43)

Dus het verhaal van Noach in de koran bevestigt de bijbelse lezing niet.

De plagen in Egypte

De bijbel verslaat in groot detail de plagen die God op Egypte zond. Deze kunnen in Exodus 7 – 11 gevonden worden. Hieronder een samenvatting van de plagen:

  1. Het water in bloed veranderend. (Exodus 7:14-24)
  2. Kikkers. (8:1-15)
  3. Muggen. (8:16-19)
  4. Vliegen. (8:20-32)
  5. Veepest. (9:1-7)
  6. Zweren. (9:8-12)
  7. Hagel. (9:13-35)
  8. Sprinkhanen. (10:1-20)
  9. Duisternis. (10:21-29)
  10. Dood van de eerstgeborenen. (11:1-10)

In de koran worden we verteld dat één van de plagen een storm (of in sommige vertalingen: overstroming) was:

Toen zonden Wij de storm en de sprinkhanen en de luizen en de kikvorsen en bloed over hen - als duidelijke tekenen, doch zij gedroegen zich hoogmoedig en waren een schuldig volk. (Soera 7:133)

Dit is juist verkeerd; een storm was niet één van de plagen die God naar Egypte stuurde. Dus opnieuw zien we dat de koran de bijbel niet bevestigt.

Conclusie: De koran beweert het onderricht van de bijbel te bevestigen. Echter, wanneer zijn onderricht wordt vergeleken met dat van de bijbel zien we dat de koran de bijbel op grote en kleine punten niet bevestigt. Ongetwijfeld kunnen veel excuses geleverd worden om de koran voor dit falen te excuseren, maar waarom leunen op excuses? De koran beweert het onderricht van de bijbel te bevestigen maar doet het niet en is daarom niet ware en echte profetie van God.

Verduidelijkt de koran het onderricht van de bijbel?

En deze Koran kon door niemand buiten Allah worden voortgebracht.
Integendeel, hij is de vervulling van datgene wat er vóór was
en is een uiteenzetting van de Wet door de Heer der Werelden, daaraan is geen twijfel. (Soera 10:37)

Waarlijk deze Koran legt aan de kinderen van Israël veel uit van hetgeen waaromtrent zij verschillen. (Soera 27:76)

De dood van Jezus

In de bijbel wordt de dood van Jezus aan het kruis zeer duidelijk uitgelegd. Zowel Jezus als zijn discipelen leerden dat Jezus’ dood nodig waren om voor onze zonden te betalen zodat wij van het oordeel van God gered kunnen worden.

Jezus zei:

De Zoon van de mensen nis niet gekomen om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen. (Matteüs 20:28)

De apostel Petrus leerde:

Want ook Christus is eenmaal om de zonden gestorven als rechtvaardige voor onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen. (1 Petrus 3:18)

De apostel Paulus leerde:

Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek van de wet door voor ons een vloek te worden; want er staat geschreven: Vervloekt is een ieder, die aan het hout hangt. Zo is de zegen van Abraham tot de heidenen gekomen in Jezus Christus. (Galaten 3:13-14)

De apostel Johannes leerde:

Hij (Jezus) is het verzoenende offer voor onze zonden, en niet alleen voor onze maar ook voor de zonden van de gehele wereld.

Het bovenstaande citaat toont aan dat de bijbel de dood van Jezus erg helder uitlegt. Maar wanneer de koran wordt gelezen verduidelijkt die het bijbels onderricht niet maar verwart dit onderricht eigenlijk. Hij doet dit door te leren dat Jezus nooit aan het kruis stierf:

En om hun [de joden] zeggen: “Wij hebben de Messias, Jezus, zoon van Maria, de boodschapper van Allah gedood”, - maar zij doodden hem niet, noch kruisigden zij hem (ten dode), - doch het werd hun verward, … zij doodden hem gewis niet, Integendeel, Allah verhief hem tot Zich en Allah is Almachtig, Alwijs. (Soera 4:157)

Wat is het gevolg van wat de koran over Jezus’ kruisiging leert? Is de betekenis van Jezus’ dood “duidelijker” onderwezen zodat die gemakkelijker te begrijpen is? Nee, het tegenovergestelde is waar. De dood van Jezus wordt zelfs niet door veel moslims geloofd. Dus de koran verduidelijkt het onderricht van de bijbel niet, in plaats daarvan verwart hij het en neemt hij mensen weg van het woord van God dat reeds duidelijk was.

Abrahams offer

De bijbel leert zeer duidelijk dat Abraham geboden werd om zijn zoon Isaäk te offeren aan God:

BB

Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zei tot hem: Abraham, en deze zei: Hier ben ik. En Hij zei: Neem toch uw zoon, uw enige, die u liefhebt, Isaäk, en ga naar het land Moria, en offer hem daar tot een brandoffer op een van de bergen, die Ik u noemen zal. Toen stond Abraham des morgens vroeg op, zadelde zijn ezel, en nam twee van zijn knechten met zich, benevens zijn zoon Isaäk. ... Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn zoon Isaäk en legde hem op het altaar boven op het hout. Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om zijn zoon te slachten. Maar de Engel van HERE riep tot hem van de hemel en zei: Abraham, Abraham! En hij zei: Hier ben ik. En Hij zei: Strek uw hand niet uit naar de jongen en doe hem niet, want nu weet Ik, dat u godvrezend bent, en uw zoon, uw enige, Mij niet hebt onthouden. (Genesis 22:1-12)

De rest van de bijbel leert ook duidelijk dat Isaäk de zoon was die Abraham offerde:

BB

Door het geloof heeft Abraham, toen hij verzocht werd, Izak ten offer gebracht, en hij, die de beloften aanvaard had, wilde zijn enige zoon offeren. (Hebreeën 11:17)

BB

Is onze vader Abraham niet uit werken gerechtvaardigd, toen hij zijn zoon Izak op het altaar legde? (Jacobus 2:21)

Het verslag van Abrahams offer wordt ook in de koran verteld. Echter het verslag is niet erg duidelijk. In het bijzonder wordt de identiteit van de zoon niet expliciet genoemd.

Dan gaven Wij hem de blijde tijding van een verdraagzame zoon. En toen deze de knapenleeftijd bereikte, zei hij: “O mijn lieve zoon, ik heb in een droom gezien, dat ik u heb te offeren. Zie, wat zegt gij daarvan?” Deze antwoordde: “O mijn vader doe zoals u bevolen is, gij zult mij, indien Allah het wil, zeker geduldig vinden." En toen zij zich beiden aan (Gods bevel) hadden onderworpen, en hij hem plat op zijn voorhoofd had gelegd, Riepen Wij hem toe: “O Abraham,  gij hebt de droom reeds vervuld.” (Soera 37:101-104)

Omdat de identiteit van Abrahams zoon niet in de koran wordt genoemd heeft dit tot alle soorten van verwarring in de moslimgemeenschap geleidt. At-Tabari is één van islams grootste historici van de koran. Hij erkent ruiterlijk dat de vroege moslimtheologen niet zeker waren welke zoon Abraham offerde, sommige dachten dat hij Isaäk was, anderen dat hij Ismaël was. In feite zegt At-Tabari zelf dat er sommige betrouwbare overleveringen van Mohammed zijn die zeggen dat zijn zoon Isaäk was en andere dat hij Ismaël was. 

De vroegste wijsgeren van de natie van onze Profeet zijn het oneens over welke van Abrahams twee zonen het was die hij geboden werd te offeren. Sommige zeggen dat hij Isaäk was, terwijl anderen zeggen dat hij Ismaël was. Beide gezichtspunten worden ondersteund door uitspraken verbonden aan de autoriteit van de Boodschapper van God. Als beide groepen uitspraken even sterk zijn, dan – omdat ze beide van de Profeet kwamen – kan alleen de koran dienen als bewijs dat het verslag dat Isaäk noemt, duidelijker meer waar is van de twee. (Al-Tabari, De Geschiedenis van al-Tabari, Vol. II, p. 82, Profeten en Patriarchen, State University of New York Press, Abany 1987)

Deze verwarring, veroorzaakt door de koran, komt tot een climax met het moslimfeest van Ied-al-Adha. Dit feest wordt gevierd tijdens de jaarlijkse pelgrimstocht naar Mekka. Tijdens dit feest wordt een dier geofferd om het moment te herinneren toen Abraham, niet Isaäk, maar zijn zoon Ismaël offerde. De bijbel leert duidelijk dat de zoon die Abraham offerde Isaäk was. De koran zegt niet wie de zoon was, maar het gevolg van de onheldere lezing van de koran is dat moslims de duidelijke lezing van de bijbel verwerpen en in plaats daarvan denken dat de zoon Ismaël was ondanks dat er hier geen bewijs uit de koran voor is.

Opnieuw zien we dat wat duidelijk in de bijbel wordt geleerd door de koran wordt verward en tot verwarring en onenigheden tussen moslims, joden en christenen leidt. Dus de koranbewering, de bijbel te verduidelijken, dient opnieuw als onjuist te worden gezien.

Zoon van God

In de bijbel zijn er veel leringen over de “Zoon van God”. Dit onderricht is erg duidelijk. De koran heeft ook veel te zeggen over de “Zoon van God”, echter hij bevestigt of verduidelijkt het bijbelonderricht niet, in plaats daarvan begrijpt hij het verkeerd en verwart hij eigenlijk wat de bijbel duidelijk leert.

Wat zegt de bijbel over de “Zoon van God”?

De frase, “Zoon van God,” is een titel die in de bijbel gebruikt wordt om iemands relatie met God aan te duiden. Deze relatie betrekt de persoon of volk, die beloftes van God ontvangt dat zij iets van hem zullen ontvangen. Op deze manier zijn zij een erfgenaam van God omdat aan hen een erfenis van hem beloofd is. Nu omdat een zoon de erfgenaam van zijn vader is, zo worden ook degenen die de beloftes van God ontvangen, “zonen” van God genoemd. In het boek Exodus zien we dat de gehele natie Israël Gods “zoon” wordt genoemd.

En de HERE zei tot Mozes: Nu u gaat terugkeren naar Egypte, zie toe, dat u voor het aangezicht van Farao al de wonderen doe, die Ik in uw macht gesteld heb. ... Dan zult u tot Farao zeggen: Zo zegt de HERE: Israël is mijn eerstgeboren zoon; daarom zeg Ik u: laat mijn zoon gaan, opdat hij Mij diene; zou u echter weigeren hem te laten, dan zal Ik uw eerstgeboren zoon doden. (Exodus 4:21-23)

Toen Israël een kind was, heb Ik het liefgehad, en uit Egypte heb Ik mijn zoon geroepen. (Hosea 11:1)

Later in Israëls geschiedenis wees God David aan als Israëls koning. De titel “Zoon” die voor Israël werd gebruikt, werd nu op Israëls koning toegepast omdat hij het hoofd van de natie was en een bijzondere belofte van God ontving. Dus iedere koning van Israël had de titel “Zoon“ van God.

Ook kondigt de HERE u aan: De HERE zal u een huis bouwen. Wanneer uw dagen vervuld zijn en u bij uw vaderen te ruste bent gegaan, dan zal Ik uw nakomeling, uw eigen zoon, na u doen optreden, en Ik zal zijn koningschap bevestigen. Die zal mijn naam een huis bouwen, en Ik zal zijn koninklijke troon voor immer bevestigen. Ik zal hem tot een vader zijn, en hij zal Mij tot een zoon zijn. (2 Samuël 7:11-14)

De koning van Israël had ook een andere titel, de titel van Messias. (De Griekse vertaling van het woord Messias is Christus.) Het woord Messias komt van het woord “zalven”. Iedere koning van Israël werd gezalfd tot de positie van koning, en dus was iedere koning de Gezalfde of de Messias.We zien dit gebeuren toen Saulus tot koning over Israël werd gezalfd.

Toen nam Samuël de oliekruik, goot haar uit voer zijn hoofd, kuste hem en zie: Heeft de HERE u niet tot vorst over zijn erfdeel gezalfd? (1 Samuël 10:1)

Wat hebben we tot nu toe gezien? We hebben gezien dat iedere koning van Israël de titels Zoon van God en Messias/ Christus had. Dus de Zoon van God was de Messias/ Christus en de Messias/ Christus was de Zoon van God. Deze connectie tussen de twee titels werd goed begrepen tijdens Jezus’ leven want we zien de twee titels tezamen gebruikt:

Toen Jezus in de omgeving van Caesaréa Filippi gekomen was, vroeg Hij zijn discipelen en zei: Wie zeggen de mensen, dat de Zoon van de mensen is? ... Simon Petrus antwoordde en zie: U bent de Christus, de Zoon van de levende God! (Matteüs 16:13-16)

En de hogepriester stond op en zie tot Hem: Geeft U geen antwoord; wat getuigen dezen tegen U? Maar Jezus bleef zwijgen. En de hogepriester zei tot Hem: Ik bezweer U bij de levende God, dat U ons zegt, of U bent de Christus, de Zoon van God. Jezus zei tot hem: U hebt het gezegd. (Matteüs 26:62-64)

Hopelijk begrijpen je nu wat de bijbel bedoelt wanneer die spreekt over de Zoon van God. Hij spreekt niet over God die gemeenschap heeft en een baby voortbrengt. De titel Zoon van God betekent zelfs niet goddelijkheid in de persoon, want - zoals we hebben gezien- werden de natie Israël en zijn koning Gods zoon genoemd. Jezus is de ware vervulling van de Zoon van God. Hij is de ware zoon van David, de ware Israël. Hij is de ware zoon die de erfenis van zijn Vader God ontving. Deze erfenis was het koninkrijk van God zelf.

En Jezus trad naderbij en sprak tot the, zeggende: Mij is gegeven alle macht in hemel en op de aarde. (Matteüs 28:18)

Nu verduidelijkt de koran het bijbelonderricht over de “Zoon van God”? Het antwoord is nee! In feite begrijpt de koran deze lering uit de bijbel verkeert en verwart hij hem. De gehele de koran ontkent dat Jezus de Zoon van God is en noemt hem niettemin nog abusievelijk de Messias.

De Messias, Jezus, zoon van Maria was slechts een boodschapper van Allah en Zijn woord tot Maria gegeven als barmhartigheid van Hem. (Soera 4:171)

En de Joden zeggen: “Ezra is de zoon van Allah” en de Christenen zeggen: “De Messias is de zoon van Allah.” Dit is, hetgeen zij met hun mond zeggen. Zij spreken de woorden na van degenen die vóór hen ongelovig waren; Allah's vloek zij over hen, hoe zijn zij afgekeerd! (Soera 9:30)

Zij zeggen: “Allah heeft een zoon tot Zich genomen. Heilig is Hij, Hij is Zichzelf genoeg.” (Soera 10:68)

De koran laat geen begrip zien van de betekenis van de titel “Zoon van God”. In de koran betekent het niets meer dan dat God gemeenschap had, en zoals we in de bijbel zagen is dit niet wat de titel betekent. In de koran wordt Jezus de titel Messias gegeven niettemin wordt de titel Zoon van God ontkend, de bijbel leert dat beide titels samengaan.

Opnieuw zien we dat wat duidelijk in de bijbel geleerd wordt door de koran wordt verward en tot verwarring en onenigheid tussen moslims en christenen leidde. De koran beweert het onderricht van de bijbel te verduidelijken maar deze bewering is onjuist. Hij maakt het bijbelonderricht niet duidelijker, in feite verwart hij het alleen.

Wordt Mohammed in de bijbel voorspeld?

“... die de boodschapper, de reine profeet [Mohammed] volgen, die zij in de Torah en het Evangelie beschreven vinden...” (Soera 7:157)

Om te beoordelen of Mohammed wel of niet voorspeld wordt in de bijbel dien je de bijbelverzen te lezen waarnaar verwezen wordt en dien je voor jezelf te besluiten of jij denkt dat deze de komst van Mohammed voorspellen.

Het is duidelijk dat moslims het ook moeilijk vonden om enige verwijzingen naar Mohammed in de bijbel te vinden. Ik zeg dit omdat sommige moslims feitelijk hun eigen Evangelie hebben geschreven zodat het nu de komst van Mohammed voorspelt. Twee voorbeelden hiervan zijn “Het evangelie volgens de islam” (1979) en “Het evangelie van Barnabas” (14e eeuw).

Maar zij (Maria) wees naar de baby. Zij zeiden: Hoe kunnen we spreken tot een zuigeling in de wieg. Maar het kind sprak en zei: Ik ben inderdaad een dienaar van God. Hij heeft mij aangewezen als een teken voor mensen en een genade van Hem. Dit was een verordende zaak... Dat Ik de wereld het goede nieuws van een boodschapper mag brengen die na mij zal komen als licht en genade voor alle naties; zijn naam zal zijn de Begerenswaardige. ((2:20-3:1) Ahmad Shafaat, Het evangelie volgens de Islam, New York: Vantage Press, 1979)

Toen zei de priester: “Hoe zal de Messias genoemd worden?” ... Jezus antwoordde: “De naam van de Messias is begerenswaardig... Mohammed is zijn gezegende naam”. (Het evangelie van Barnabas, hoofdstuk 97, 14e eeuw na Christus)

Als Mohammed werkelijk voorspeld werd in het Evangelie zou er geen behoefte voor moslims zijn om het Evangelie te herschrijven met Mohammed er nu in voorspeld. Deze onjuiste evangeliën zijn ondersteunende bewijzen dat Mohammed niet in de bijbel voorspeld wordt en dat deze bewering van de koran onjuist is.

Conclusie

Ieder die beweert een profeet te zijn moet bereid zijn om zijn profetie te laten beproeven – het is een gebod van God! De profetie van Mohammed is de koran en de koran doet drie beweringen die beproefd kunnen worden:

  1. Het bevestigt het onderricht van de bijbel.
  2. Het verduidelijkt het onderricht van de bijbel.
  3. Mohammed wordt voorspeld in de bijbel.

In dit artikel heb ik het bewijs geleverd zodat je deze drie beweringen voor jezelf kan beoordelen. Ik persoonlijk kan alleen concluderen dat de beweringen van de koran onjuist zijn. Het bevestigt niet het onderricht van de bijbel; het verduidelijkt niet het onderricht van de bijbel; en Mohammed wordt niet voorspeld in de bijbel. Het is omdat de koran vals is dat moslims het evangelie moesten herschrijven, met boeken als “Het evangelie volgens de islam” en “Het evangelie van Barnabas”, om de bijbel en de koran elkaar te laten bevestigen. Dit verklaart ook waarom zo veel moslims die ik gesproken heb de bijbel aanvallen en het beschuldigen dat hij veranderd is; zij proberen het falen van de koran te ontsnappen door de schuld op anderen te schuiven.

Christian-Muslim Discussion Papers ©2004